1. Voorreiniging en wassen:

De auto wordt grondig gewassen om vuil, stof en andere verontreinigingen te verwijderen. Dit omvat ook het gebruik van een snow foam of voorreiniger om het oppervlakkige vuil los te weken.

2. Kleien:

Na het wassen wordt een kleibehandeling uitgevoerd. Hierbij wordt een speciale klei over de lak gebruikt om hardnekkige verontreinigingen zoals teer, hars of vliegroest te verwijderen die na het wassen zijn achtergebleven.

3. Polijsten:

Om de lak in optimale conditie te brengen, wordt de auto gepolijst. 

Dit verwijdert lichte krassen, swirls (ronddraaiende krassen) en oxidatie. Dit stap herstelt de glans en creëert een glad oppervlak voor de coating.

4. Ontvetten:

Na het polijsten wordt de auto ontvet met een speciale cleaner (zoals isopropylalcohol) om ervoor te zorgen dat er geen olie- of polijstmiddelresten achterblijven. 

Dit is cruciaal voor een goede hechting van de keramische coating.

5. Aanbrengen van keramische coating:

De keramische coating wordt gelijkmatig aangebracht op de autolak. Dit gebeurt vaak in secties en met een applicator, zodat het product nauwkeurig en egaal wordt verdeeld. De coating moet even uitharden en vervolgens wordt het overtollige product verwijderd met een microvezeldoek.

6. Uitharding:

De keramische coating heeft tijd nodig om volledig uit te harden.

Dit doen we met infrarood lampen. Dit verkort het uithardingsproses aanzienlijk en de kwaliteit van de coating gaat er op vooruit. 

Tijdens deze periode is het belangrijk dat de auto niet wordt blootgesteld aan water of stof.

7. Nazorg:

Nadat de coating is uitgehard, wordt aangeraden om regelmatig de auto te wassen met een pH-neutrale shampoo en een zachte techniek om de bescherming te behouden en de glans te verlengen.

Met deze stappen wordt de auto niet alleen schoon, maar ook langdurig beschermd met een glanzende, krasbestendige en vuilafstotende keramische laag.